Waterschap Drents Overijsselse Delta (WDODelta) ving in 2021 opnieuw minder muskusratten dan het jaar ervoor. Het waterschap krijgt de populatie steeds beter onder controle. De cijfers liegen niet: Van 2686 gevangen muskusratten in 2020 naar 1742 vorig jaar is een daling van 35 procent. Even voor het beeld, in 2016 werden in het gebied van het waterschap nog 10.105 muskusratten gevangen. Het aantal gevangen beverratten bedroeg 7. Muskus-en beverratten vormen een risico voor dijken en de natuur. Het doel is om ze terug te dringen naar de landsgrenzen.

Foto van graafschade door een muskusrat
Foto van graafschade door een muskusrat
Foto van een zwemmende muskusrat
Foto van een zwemmende muskusrat

Gevaarlijk voor dijken en oevers

Muskus- en beverratten worden gevangen, omdat ze gangen en holen graven in dijken en oevers. Een volwassen muskusrat kan met gemak zo’n twaalf kruiwagens vol zand verplaatsen per jaar. Dijken raken zo verzwakt en kunnen (deels) instorten. Daardoor is de bestrijding van muskusratten in ons land bij wet geregeld.

Speuren en scherp blijven

Met minder dan tweeduizend muskusratten en slechts zeven gevangen beverratten vorig jaar krijgt het waterschap de populatie steeds beter onder controle. Dagelijks bestuurslid Breun Breunissen: “De bestrijders in het veld leveren uitstekend werk, dat laten de resultaten wel zien”. De gespecialiseerde bestrijders speuren, lopen langs bijna 20.000 kilometer, dijken, rivieren en kanalen. Daarbij letten zij op uitwerpselen, vraatsporen en tunnels die de ratten maken om bij het water te komen.

“We krijgen de populatie steeds beter in de greep”. Taak is nu om dat vol te houden. “We willen in 2035 geslaagd zijn in het terugdringen van de muskusrat tot aan de Duitse grens. Daarvoor moeten wij naar nul vangsten per kilometer. Dat is de uitdaging voor de komende jaren. Maar ook daarna moeten we alert en dus scherp blijven. Voor je het weet, loopt de populatie weer op”.

Succesvolle strategie

“Door meer te bestrijden bij de bron door speurwerk langs de watergangen neemt de populatie jaar na jaar af”. In het voortplantingsseizoen bezetten mannetjes en vrouwtjes paarsgewijs een hol. Dan zijn de dieren redelijk honkvast in deze periode en worden er klemmen bij de bron, het nest geplaatst en daardoor gevangen. “Doordat de populatie steeds lager wordt, treffen de mannetjes en vrouwtjes elkaar in het ‘trekseizoen’ steeds minder en is de vermenigvuldiging daardoor ook minder. Want dat gaat razendsnel”.

Snelle voortplanting en geen natuurlijke vijanden

Naast zijn graafschade is de muskusrat namelijk berucht om zijn ongeremde voortplantingsdrift. Van elk muskusrattenpaartje worden elk jaar zo'n 20 nakomelingen groot. Een vrouwtje kan in het jaar van geboorte al haar eerste jongen werpen en kan meerdere keren per jaar een nest werpen. Op die manier kan het aantal muskusratten in snel tempo toenemen. 

Herken de rat

Muskus- en beverratten kunnen bij ons waterschap gemeld worden. Voor bruine ratten kan contact worden opgenomen met de gemeente. Maar hoe is het verschil tussen deze ratten te zien? Op de speciale webpagina 'Herken de rat' geeft het waterschap aan waaraan de verschillende ratten kunnen worden herkend.