Bestuur stelt krediet beschikbaar voor IJsselwerken: 'Sterke dijken zijn niet gratis, wel onmisbaar'

Om een dijkdoorbraak met zo’n 600 slachtoffers en circa 9 miljard euro aan schade te voorkomen, is tot 2034 een bedrag van 718 miljoen euro nodig. Dit krediet stelt het algemeen bestuur van Waterschap Drents Overijsselse Delta (WDODelta) beschikbaar voor de dijkversterking tussen Zwolle en Olst én de dijkverlegging bij Paddenpol. Het grootste deel van dit bedrag (90 procent) wordt betaald vanuit het landelijke Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP). Met een lengte van 29 kilometer is deze dijkversterking onder de naam IJsselwerken één van de grotere en meer complexe projecten in Nederland.
De hoge kosten van de versterkingsoperatie zijn het gevolg van de lengte van het dijktraject, de technische en maatschappelijke complexiteit, strengere regelgeving, onvoorziene prijsontwikkelingen en de bewuste keuze voor een zorgvuldige aanpak met oog voor bewoners, bedrijven en natuur. “Door de complexiteit maakt het project veel los in de omgeving. Daar hebben we alle begrip voor en proberen we zo goed als mogelijk mee om te gaan”, zegt dagelijks bestuurslid Hans Wijnen. “IJsselwerken is een ontzettend ingewikkelde puzzel, waarbij niet alle stukjes naadloos in elkaar passen. De kosten liegen er niet om, maar zijn noodzakelijk om veilig te blijven wonen, werken en recreëren in het gebied. Sterke dijken zijn niet gratis, wel onmisbaar.”
Complexe puzzel met zorg gelegd
De dijkversterking loopt langs Natura2000-gebieden, dicht op woningen en raakt infrastructuur, zoals wegen en fietspaden. De gekozen oplossing voor de versteviging vindt hoofdzakelijk binnendijks plaats. Dit is de kant van woningen en overige bebouwing, dus niet de rivierzijde. Dit maakt het technisch veel ingewikkelder en duurder dan wanneer de dijk wel aan de rivierkant aangepakt had kunnen én mogen worden. In het licht van de strenge wetgeving en vele vergunningen is dit niet haalbaar. Daarnaast spelen factoren als stikstof, archeologie en strenge geluidseisen een rol.
Benodigd krediet
Om tot 2034 voldoende geld te reserveren, is nu 718 miljoen euro nodig. Dat krediet bestaat uit de kosten voor de dijkversterking tussen Zwolle en Olst plús de kosten voor de dijkverlegging bij Paddenpol. Deze dijkverlegging financieren de provincie Overijssel en het Rijk.
Een groot deel van het krediet zijn reserveringen voor inflatie, rente en risico’s die weinig optreden, maar wel flinke gevolgen kunnen hebben. De kosten per kilometer dijk bedragen nu 19,6 miljoen euro.
Start bij Paddenpol
De eerste schop gaat in 2026 bij Paddenpol de grond in. De laatste wordt er in 2033 in Spoolde bij Zwolle uit gehaald. De dijkversterking is onderdeel van het landelijke Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP). Hierin werken waterschappen en Rijkswaterstaat samen aan de grootste dijkversterkingsoperatie ooit sinds de Deltawerken. Minimaal 1.400 kilometer dijken en daarnaast 400 sluizen en gemalen, worden de komende 30 jaar versterkt.